Lutgerdina

De geschiedenis-zonder-begin van de Lutgerdina

SailWise (statutaire naam Stichting Watersport Gehandicapten Nederland)[1] gaat uit van de filosofie dat watersport en actieve vakanties op het water een ideaal middel zijn om bij te dragen aan de zelfstandigheid en onafhankelijkheid van mensen met een handicap en/of chronische ziekte. De stichting heeft een aantal schepen waaronder de Lutgerdina, een tweemast klipper.

De Lutgerdina met alle zeilen bij.

De Lutgerdina wordt op 23 maart 1915 gemeten in Leiderdorp door een scheepsmeter van het districtskantoor Den Haag van de Scheepsmetingsdienst. Dit is meting nummer 1920 en de ijk is H1920N (H van Den Haag/’s-Gravenhage, N van Nederland). [2]

Eigenaar van het schip is dan Johannes Smit uit Groningen. De Lutgerdina is een stalen klipper met een lengte van 33,23 meter, breedte 5,80 meter en een laadvermogen van 233,401 ton, zo staat geregistreerd bij deze meting.De betreffende regel uit de tweede ligger van District ‘s-Gravenhage van de Scheepsmetingsdienst.

Johannes Smit is geboren in Groningen op 26 augustus 1883. Zijn vader is Harm Smit, schipper van beroep en zijn moeder is Elisabeth Schuur. Er staat bij aangetekend dat de ouders in Hoogezand wonen. [3]
Johannes trouwt op 18 januari 1912 in Groningen met Lutgerdina van Wijngaarden, geboren in Amsterdam op 10 juni 1890. [4] Zij is schippersdochter en haar vader, David van Wijngaarden, is schipper op de tjalk Jantiena Lutgerdina. [5]

De scheepvaartberichten vermelden de Lutgerdina van Smit, hier komend uit Emden op 5 augustus 1919. [6]

Johannes en Lutgerdina krijgen 7 kinderen, Harm (1912), David (1914), Elisabeth (1916), drie doodgeboren of vlak na de geboorte overleden kinderen en Johannes Roelof (1925). Harm verdrinkt in Rotterdam als hij drie is en Elisabeth overlijdt als ze 12 is.

De kinderen worden geboren of overlijden in Nederland en Duitsland zoals Groningen, Delfzijl Rotterdam, Alphen a/d Rijn en Emden wat het vaargebied van de Johannes Smit aangeeft. [7]

               De Lutgerdina met de familie Smit. [8] (klik op de foto voor een groter beeld)

Overlijden van Harm uit het Rotterdamsch Nieuwsblad van 5 juni 1916 [9], in de overlijdensacte staat dat hij is ‘opgehaald uit de Leuvehaven’.  [10]

Johannes overlijdt op 23 augustus 1979, Lutgerdina overlijdt op 7 februari 1979. Ze zijn begraven op de begraafplaats Vredehof in Ridderkerk. [11]

Gezien de geboortedatum van Johannes zal hij niet de eerste eigenaar zijn. Vaak werd een schipperszoon op een schip gezet bij zijn huwelijk. Dat verklaart ook de naam van het schip. Mogelijk is het schip hermeten in 1915 omdat het verlengd is. Naspeuringen in de archieven van het Maritiem Museum in Rotterdam, waar de overgebleven archieven van de werf van Boot in Leiderdorp liggen, hebben geen resultaat opgeleverd.

Het Getuigschrift van inbranding van het brandmerk (zie verder) in 1927 vermeldt het oude brandmerk uit 1915, wat er op duidt dat Johannes het schip in 1915 koopt met een hypotheek (voor 1927 moesten alleen schepen waarop een hypotheek rustte ingeschreven worden bij het Kadaster).

Opmerking over oude brandmerk in getuigschrift van inbranding uit 1927.

Op 20 februari 1920 wordt het schip overgeschreven bij het Hypotheekkantoor Leiden (tegenwoordige Kadaster) op naam van Kars Veling uit Groningen en de Lutgerdina wordt hernoemd in l’Esperance. Dit staat in het Kadasterregister deel 5 nummer 1472 en ook in de ligger van de meting H1920N (zie hiervoor).

In 1927 wordt het schip ingeschreven bij het Kadasterkantoor in Leiden onder nummer  239. Het brandmerk is 239 B Leid 1927 waarbij de ‘B’ staat voor Binnenvaart, ‘Leid’ de afkorting van Leiden gevolgd door het jaar van inschrijving.

Het brandmerk 239 B Leid 1927 is op 3 maart 1927 ‘op het achterschip in een lijst bij den ingang der roef, stuurboordzijde’ aangebracht door scheepsmeter F. Post van het districtskantoor Meppel van de Scheepsmetingsdienst. Kars Veling uit Bierum, voorheen uit Groningen is de schipper. Het oude brandmerk 1047 Leiden 1915 is ‘vernietigd’ (verwijderd).

Bij de inschrijving bij het Kadaster op 18 februari 1927 is het schip l’Esperance een stalen klipperzeilschip met ‘1 dek en 2 masten voortbewogen door wind’. Eigenaar is Kars Velings, schipper te Bierum. [12]

Op 16 oktober 1937 wordt het schip hermeten in Groningen met nummer G4639N. Het schip heet nog steeds l’Esperance van Kars Veling uit Bierum. De afmetingen zijn 32,86 meter lang, 5,80 meter breed met een laadvermogen van 233,785 ton.

Op 25 februari 1938 is het brandmerk opnieuw ingebeiteld door scheepsmeter A. Kraaijema uit Groningen. Het brandmerk wordt aangebracht op het achterschip aan BB zijde voor op de roef.

Kars Veling (Rotterdam 11 juni 1888 – Groningen 16 september 1954) is schipper, kustvaarder en reder. [13] Kars is 17 februari 1916 in Veendam getrouwd met Geessina Wilhelmina Eekhof (Veendam 9 juli 1893 – Kopenhagen 9 februari 1919).

Hij trouwt voor de tweede keer in Utrecht op 7 april 1921 met zijn nicht Derkina Hoekstra (Uithoorn 6 december 1888 – Groningen 2 juni 1973) (Kars en Derkina zijn begraven op de begraafplaats Selwerd in Groningen).

Uit het eerste huwelijk heeft hij een zoon Harm Pieter (1917-1968) en een dochter Gezina of Geessina Zwanette (Kopenhagen 16 juli 1918 – Kopenhagen 1919).

Overlijdensannonce van de dochter van Kars en Geessina.

Uit zijn tweede huwelijk met Derkina heeft hij nog zes kinderen: Geertruida Maria (1922-1945), Fennechiena Hendrika (Helsinger 1923-Nijköbing 1923), Willem Anne (Utrecht 1924-Groningen 1992), Kars (Kopenhagen1925-Groningen 1992, Dirk (Utrecht 1927-Malmö 1927) en Pieter (Utrecht 1929-Aalten 1995). [14] Het is duidelijk dat Veling op Scandinavië vaart, maar hij komt ook voor in het Rijnschepen register van 1926 en 1935.

Rijnschepen Register 1926: vermelding van L’Espérance van Kaas (!) Veling
Rijnschepen Register 1935: de oude naam is vermeld.

Zoon Harm zit in de kustvaart. Hij is kapitein-reder van het motorschip Kars en mede-reder van het motorschip Da Costa respectievelijk met brandmerk 3306 Z Gron 1955 en 3160 Z Gron 1954. [15]
Veling laat het schip motoriseren en l’Esperance staat dan te boek als motorschip met voor en achteronder, woonroef, laadruim en machinekamer, voortbewogen door een ‘1 cylinder 4 tact Deutz Dieselmotor van 30 PK type M.I.H. nummer 310492 aangebracht op het bovencarter’. Later worden de masten verwijderd.

Het schip wordt op 23 april 1953 in Vreeswijk hermeten onder nummer A15009N (Amsterdam) met de volgende afmetingen: lang 32,81 meter, breed 5,82, maximum inzinking 1,97 meter met een laadvermogen van 228,029 ton. [16] Mogelijk is het schip daar op de werf van Buitenweg geweest, de huidige Museumwerf Vreeswijk.

Op 11 maart 1958 staat Jan Beuker als eigenaar te boek, eerst wonend in Groningen, later Leeuwarden en vervolgens Amsterdam. Beuker wijzigt de naam in Janja.
Op 21 april 1962 wordt aangetekend dat het schip een andere motor krijgt namelijk een 6 cilinder 100 PK DAF 575 nr. A20194 en op 2 januari 1978 staat aangetekend dat de motor nu een 6 cilinder DAF is no. 12620 van 120 PK.

Op 16 januari 1970 wordt de Janja hermeten onder nummer G12363N (district Groningen) met afmetingen 32,81 meter lang, 5,82 meter breed, maximale inzinking 1,97 meter en een laadvermogen van 229,804 ton. [17]
Meting G12362N

Op 11 december 1979 wordt de Stichting Zeilen met Gehandicapten te Amsterdam eigenaar van het schip en op 29 juli 1981 wordt het schip bij het Kadaster weer als Lutgerdina ingeschreven. Het staat dan te boek als een passagiersschip ofwel ‘zeilschip met in het ruim een passagiersakkomodatie’. Dat gebeurt nadat het schip is verbouwd tot passagiersschip bij Scheepswerf van der Werf te Stavoren en op 10 juli 1981 is hermeten als motorzeilschip met passagiersaccommodatie onder meetnummer GN427. [18]

Het laadvermogen is 21,087 ton bij een lengte van 33,28 meter, een breedte van 6,18 meter en een inzinking van 1,43 meter.

Op 9 mei 1988 wordt de teboekstelling doorgehaald omdat het schip wordt teboekgesteld als zeeschip met brandmerk 17733 Z Rott 1988.

Voetnoten

1 https://sailwise.nl/nl

2 Scheepsmetingsdienst Ligger 2 districtskantoor ‘s-Gravenhage, Maritiem Museum Rotterdam inv. no. H1958 

3 Groningen, Geboorteregister 1883, Aktenummer 1054

4 Huwelijksregister Groningen 1912, Aktenummer 16

5 Scheepsmeting Hz665N, Scheepsmetingsdienst Ligger 1 districtskantoor Hoogezand, Maritiem Museum Rotterdam inv. no. H1961. Het schip is gebouwd in 1903 in Hoogezand. De eerste zeilen van het schip zijn gemaakt door Zeilmakerij De Vries in Lemmer, zie Tresoar 93-13 Zeilmakerij fa. M.F. de Vries te Lemmer, Inv. 5. Snij- of bestekboek van F.M. de Vries, voor nieuwe schepen, 1901-1917.

6 De Tijd 6 augustus 1919 (zie website www.delpher.nl)

7 http://www.mijnstamboom.net/getperson.php?personID=I248&tree=stamboom

8 http://www.mijnstamboom.net/showmedia.php?mediaID=707&medialinkID=1622

9 Rotterdam Nieuwsblad 5 juni 1916

10 Overlijdensregister Delfzijl 1916 Aktenummer 52

11 http://www.mijnstamboom.net/showmedia.php?mediaID=723&all=1&tngpage=1010

12 Kadasterkaart 239 B Leid 1929

13 http://www.genealogicus.nl/genealogie-van-de-familie-veling/#Kars1888

14 http://www.genealogicus.nl/genealogie-van-de-familie-veling/comment-page-1/#comment-36879

15 zie www.marhisdata.nl

16 Scheepsmetingsdienst Ligger 13 districtskantoor Amsterdam, Maritiem Museum Rotterdam inv. no. H1922

17 Scheepsmetingsdienst Ligger 10 districtskantoor Groningen, Maritiem Museum Rotterdam inv. no. H1954

18 Scheepsmetingsdienst Ligger GN1, districtskantoor Groningen, Maritiem Museum Rotterdam inv. no. H1955